Overzicht beleidsindicatoren

De beleidsindicatoren van dit programma (apparaatskosten, bezetting, externe inhuur, formatie en overhead) zijn niet opgenomen op waarstaatjegemeente.nl. Daarom zijn niet alle waardes gevuld.
De apparaatskosten zijn becijferd door een totaaltelling van salarissen, inhuur, P&O, Huisvesting, Intern Beheer en I&A. Wordt uitgedrukt in € per inwoner.
De stijging ten opzichte van de begroting zit met name in een stijging van de inhuurlasten en kosten van I&A.

De huidige bezetting bedraagt 299 fte, op een totale formatie van 336 fte.
De bezetting met eigen medewerkers in vergelijking tot de beschikbare formatie is vergeleken met 2021 iets achter gebleven.
Door de aanhoudende krapte en spanning op de arbeidsmarkt is aantrekken van gekwalificeerd personeel lastig en de inzet van inhuur en externen noodzakelijk geweest.
Als gevolg van het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd of het aangaan van een andere functie elders hebben medewerkers de organisatie verlaten.

Het gaat hier om de totale inhuur als % van de loonsom. De inhuur is inclusief inhuur ten laste van projecten, grex, investeringen en inclusief inhuur wegens ziekte. Landelijk komt deze indicator in onze gemeentegrootteklasse uit op ± 20 %.
De externe inhuur is als gevolg van inhuur op projecten en vacatures in de reguliere formatie hoger dan het landelijk gemiddelde.
In verband met het tijdelijke karakter van projecten zetten wij tijdelijke capaciteit (lees: inhuur derden) in op projecten. De verhouding tussen externe inhuur en de loonsom van eigen medewerkers is in 2022 verder uiteen gelopen.
Dat wil zeggen de inhuur is toegenomen en de salarislasten zijn afgenomen. Dit leidt tot een hoger%.

De vastgestelde formatie per 31-12-2022 is 336 fte (incl. RDL). Dit is exclusief nieuw aangevraagde formatie voor de uitvoering van het collegeprogramma 2022-2026, welke in 2023 wordt toegevoegd aan de formatie. In deze indicator wordt de formatie uitgerekend per 1.000 inwoners.
Afhankelijk van veranderingen en ontwikkelingen in het takenpakket van gemeenten in de nabije toekomst kan deze indicator wijzigen.

Het totaal van de loonkosten, kosten van ICT, P&O, facilitaire zaken, huisvesting en overige overhead wordt uitgedrukt in een % van de totale lasten.
De berekening van overhead sluit aan bij het taakveld 0.4 overhead.
Door een gerichte doorbelasting van kosten vanuit het taakveld overhead naar de andere taakvelden, krijgen we meer grip op het werkelijke volume van de overhead.
De overhead is vergeleken met 2021 gestegen met name als gevolg van hogere inhuurlasten bij diverse afdelingen en kosten van juridisch advies.

Het aantal woninginbraken is bijzonder laag in Zevenaar, een mooi resultaat. We blijven hierop investeren samen met politie en buurtwhatsappgroepen.

Het aantal geweldsmisdrijven laat de afgelopen jaren een voorzichtige daling zien. We blijven onder het Gelders gemiddelde.

Het aantal vernielingen is hoger dan op voorhand begroot. Wel blijven we nog onder het Gelders gemiddelde.

Cijfers voor Halt 2022 zijn nog niet bekend.

Het aantal winkeldiefstallen is het afgelopen jaar afgenomen. Dat is een goede ontwikkeling.

De verhouding woningen stijgt ten opzichte van het aantal banen. We bouwen meer woningen dan de ontwikkeling van de werkgelegenheid.

Het aantal vestigingen van bedrijven ten opzichte van de beroepsbevolking stijgt. Dit komt door een aanzienlijke stijging van het aantal vestigingen en een heel beperkte stijging van de beroepsbevolking.

Van absoluut verzuim is sprake als een leerplichtige jeugdige (5 tot 16 jaar) of een kwalificatieplichtige jeugdige (16 en 17 jaar niet op een school staat ingeschreven.

De genoemde waarden hebben betrekking op schooljaar 2020-2021 en geven het aantal absoluut verzuimers weer per 1.000 leerlingen. De cijfers voor Zevenaar (1,40) wijken positief af van het Gelders gemiddelde (2,70). Door stevig in te zetten op preventie, het vroegtijdig melden van verzuim, en het monitoren van schooluitschrijvingen, kunnen we vaker en sneller voorkomen dat jeugdigen helemaal niet meer naar school gaan.

Van relatief verzuim is sprake als een leerplichtige jeugdige (5 tot 16 jaar) of een kwalificatieplichtige jeugdige (16 en 17 jaar) op een school staat ingeschreven, maar onvoldoende aanwezig is.

De genoemde waarden hebben betrekking op schooljaar 2020-2021 en geven het aantal relatief verzuimers weer per 1.000 leerlingen. De cijfers voor Zevenaar (35,00)  wijken af van het Gelders gemiddelde (18,00). De afgelopen jaren is in onze regio stevig ingezet op preventie en vroegtijdig melden van verzuim door scholen. Dat resulteert in een toename in verzuimmeldingen, maar zorgt ook voor tijdige interventie en het voorkomen van langdurige uitval.

Voortijdig schoolverlaters zijn jongeren tussen de 12 en 23 jaar zonder startkwalificatie die langer dan een maand geen onderwijs volgen of niet staan ingeschreven op een school.

Na een tijdelijke daling in cijfers voor voortijdig schoolverlaten als gevolg van de Covid-19 pandemie, nemen de cijfers nu weer licht toe. Jongeren die bij gebrek aan alternatieven tijdens corona langer op school bleven, stappen nu weer makkelijker en sneller over of uit. Het RBL monitort deze ontwikkeling nauwkeurig, zodat jeugdigen zonder schoolinschrijving zo snel mogelijk op de radar komen en ondersteund worden terug naar school.

In Zevenaar ligt het percentage niet-wekelijkse sporters iets hoger dan het gemiddelde in Gelderland en de rest van Nederland. Dit is in verhouding iets gestegen sinds de laatste cijfers uit 2016. Ondanks de inspanningen samen met de sportaanbieders om de sportverenigingen nog beter onder de aandacht te brengen van onze inwoners blijft het aantal niet-wekelijke sporters vrij stabiel.

De cijfers over 2022 zijn nog niet bekend (informatie hierover ontbreekt op dit moment op de website: "Waar staat je gemeente").

De cijfers over 2022 zijn nog niet bekend (informatie hierover ontbreekt op dit moment op de website: "Waar staat je gemeente" dd. 8 maart 2023).

De cijfers over 2022 zijn nog niet bekend (informatie hierover ontbreekt op dit moment op de website: "Waar staat je gemeente" dd. 8 maart 2023).

Het aantal cliënten met een maatwerkarrangement is in Zevenaar hoger dan in Gelderland. Dat past bij het beeld van de toegang dat er veel aanvragen blijven komen. Het is ook aanleiding om serieus te bekijken op welke wijze het aantal maatwerkarrangementen af kan nemen. Ontwikkelingen in dit kader zijn het bieden van meer voorzieningen  in het voorliggende veld. Ook het nadrukkelijker toepassen van het begrip positieve gezondheid kan een rol gaan spelen.

De meest recente data op www.waarstaatjegemeente.nl over deze Beleidsindicator zijn uit 2020.
In Zevenaar is in 2020 1% van de jongeren met een delict voor de rechter verschenen. Dit is gelijk aan het landelijk gemiddelde.

We proberen zoveel mogelijk in te zetten op vroegsignalering en opvoedondersteuning. Dat is niet altijd genoeg. Bij complexe casuïstiek is er de mogelijkheid om samen met ouders en jongeren bij de beschermtafel te bespreken wat de beste weg is om tot verbetering van de situatie te komen. We zien dat de beschermtafel een goed instrument is, maar niet laagdrempelig. Toch is een zorgvuldige bespreking en afweging van maatregelen van groot belang. In het geval van zeer complexe zaken kan ook het Regionaal expertiseteam (RET) betrokken worden: dit is in onze regio sinds 2022 ingericht en werkzaam. Het ondersteunt professionals in de soms ingewikkelde opgaven bij jeugdhulp. We zien dat in Zevenaar gemiddeld 1,4% van de jongeren een JB maatregel heeft, waar dat voor Gelderland op 1,1% ligt.

Zowel de stijging van gebruik als de toename van complexiteit per casus is een landelijke trend. Hiervoor gaven wij u al eerder de volgende oorzaken aan:
• Afnemende tolerantie voor afwijkend gedrag of ontwikkeling.
• In combinatie met ‘verbeterde’ diagnostiek leidt dat dikwijls tot eerdere diagnoses waarmee vervolgens een beroep wordt gedaan op de jeugdhulp;
• Prestatiemaatschappij
• Ouders worden steeds mondiger en nemen in combinatie met de hierboven beschreven punten minder snel genoegen met een advies om geen hulp in te zetten of minder hulp dan gevraagd/verwacht. Daarbij weten ouders steeds beter hun weg naar de jeugdhulp te vinden: via de lokale (wijk)teams, maar als dat niet tot het door de ouders gewenste advies leidt, weten zij ook de weg naar de huisarts als toegangspoort tot jeugdhulp.

Er is een aantal variabelen (wetenschappelijk aangetoond dat deze bijdragen aan instroom jeugdhulp) te noemen waardoor Zevenaar hoger scoort op gebruik jeugdhulp dan het Gelders gemiddelde:
• Zevenaar heeft meer kinderen met een handicap
• Zevenaar heeft meer kinderen met een lager opleidingsniveau
• Zevenaar heeft meer kinderen met een laag geboorte gewicht
• Zevenaar heeft meer volwassenen die gebruik maken van basis GGZ en/ of POH GGZ.
• Zevenaar heeft meer één-ouder- gezinnen.

Het gevoerde beleid van 2022 richtte zich op het voorkomen van de inzet van jeugdhulp en een zo kort en licht als mogelijke inzet ervan. Er zijn diverse initiatieven gestart of voortgezet:
De POH jeugd is uitgebreid naar bijna alle huisartsen van Zevenaar en wordt de komende jaren versterkt. Er zijn afspraken gemaakt met het onderwijs over de inzet van jeugdhulp binnen de school, het project Buurtgezinnen, een laagdrempelige vorm van ondersteuning is voortgezet met de intentie om dat structureel te maken.

Wanneer jongeren voor de rechter moeten verschijnen, kunnen ze jeugdreclassering opgelegd krijgen. Het doel van jeugdreclassering is om in samenwerking met ouder(s) of netwerk,
het gedrag van de jongere te veranderen en recidive te voorkomen.

Het aantal jongeren uit Zevenaar met jeugdreclassering is gelijk aan het Gelders gemiddelde van 0,2% van het aantal jongeren tussen de 12 en 23 jaar. Dit beeld is al een aantal jaren stabiel. Er is geen specifieke analyse beschikbaar om deze getallen te duiden.

Het beleid richt zich op voorkomen van de inzet van een jeugdreclasseringsmaatregel, door ouders en jongeren daar waar nodig te ondersteunen en te ontlasten.

De cijfers over 2022 zijn nog niet bekend (informatie hierover ontbreekt op dit moment op de website: "Waar staat je gemeente" dd. 8 maart 2023).

De cijfers over 2022 zijn nog niet bekend (informatie hierover ontbreekt op dit moment op de website: "Waar staat je gemeente" dd. 8 maart 2023).

De gemeente Zevenaar streeft naar een zo'n laag mogelijk aantal personen met een bijstandsuitkering. Het aantal personen met een bijstandsuitkering per10.000 inwoners bevind zich onder het Gelders gemiddelde.
Geconstateerd wordt dat het aantal personen met een bijstandsuitkering daalt.   
Deze daling wordt veroorzaakt door:
a) gedane investeringen in de RSD (de RSD heeft van de raad een nieuwe opdracht gekregen).
b) de verbeterde situatie op de arbeidsmarkt (meer werkgelegenheid/banen).

De cijfers over 2022 zijn nog niet bekend (informatie hierover ontbreekt op dit moment op de website: "Waar staat je gemeente" dd. 8 maart 2023).

Hernieuwbare elektriciteit is elektriciteit die is opgewekt uit wind, waterkracht, zon of biomassa.

De daling is niet veroorzaakt door een beter scheidingspercentage, maar door een daling van de totale hoeveelheid afval. In diezelfde lijn is ook de hoeveelheid aan huis ingezameld restafval gedaald.

De som van het aantal personen van 0 tot 20 jaar en 65 jaar of ouder in verhouding tot de personen van 20 tot 65 jaar ligt in Zevenaar aanzienlijk hoger dan het landelijk- en Gelders gemiddelde.

Deze indicator betreft het gemiddelde totaalbedrag in euro’s per jaar dat een éénpersoonshuishouden betaalt aan woonlasten (OZB + afvalstoffenheffing + rioolheffing). Het is een zo goed mogelijke inschatting op een bepaald moment. Hierdoor kan de uitkomst (licht) afwijken van andere publicaties. Voor afval en riool zijn we kostendekkendheid en voor de OZB hanteren we de inflatiecorrectie + de afspraken die gemaakt zijn bij de bezuinigingsopgave.

De indicator heeft betrekking op het gemiddelde totaalbedrag in euro’s per jaar dat een meerpersoonshuishouden betaalt aan woonlasten (OZB + afvalstoffenheffing + rioolheffing). Het is een zo goed mogelijke inschatting op een bepaald moment. Hierdoor kan de uitkomst (licht) afwijken van andere publicaties. Voor afval en riool zijn we kostendekkendheid en voor de OZB hanteren we de inflatiecorrectie + de afspraken die gemaakt zijn bij de bezuinigingsopgave.

Deze beleidsindicator is een zo goed mogelijke inschatting op een bepaald moment. De waarde kan daardoor licht afwijken van andere publicaties.

De ontwikkeling van de woningmarkt gaat conform landelijke verwachtingen matigen en wordt als volgt geschat:
2022 --> 2023 +5%
2023 --> 2024 +5%
2024 --> 2025 +5%
2025 --> 2026 +5%

De behoefte aan (nieuwe) woningen is groot. In 2020 is daarom ook de Woondeal getekend om o.a. de versnelling in de woningbouw te kunnen realiseren. Deze is in 2022 geactualiseerd. De regio heeft te maken met een autonome groeiopgave, een bestaand woningtekort en kent hoge binnenkomende migratie vanuit binnen- en buitenland door haar positie als aantrekkelijke regio met hoogwaardige kennisinstellingen. De groeivraag blijft (ook) hoog in Zevenaar en de productie neemt verder toe in Zevenaar. In 2018 zijn ca. 110 nieuwbouwwoningen opgeleverd, in 2019 zijn ca. 195 nieuwbouwwoningen opgeleverd, in 2020 ca. 250 nieuwbouwwoningen, in 2021 ca. 300 woningen en in 2022 ca. 125 woningen. Om te kunnen voldoen aan de vraag is een verdere groei in woningbouwproductie wenselijk dan wel noodzakelijk.  Wij zetten daarom de komende jaren in op realisatie en versnelling van de opgave en bieden daarbij ruimte voor een jaarlijkse toevoeging van 200 woningen. Met het uiteindelijke streven naar een continue bouwstroom van 150 tot 200 woningen op jaarbasis. Dit wel met de kanttekening dat naast het capaciteitstekort in de gehele keten ook de problemen met betrekking tot materialen sterker toeneemt.